Mariska van Beusichem over Thérèse van Lisieux en de Moderne Devotie

Op dinsdagavond 12 oktober 2021 was ds. Mariska van Beusichem, voormalig stadspastor van Zwolle en predikant in Utrecht, onze spreekster. Zij nam ons op boeiende wijze mee in het leven en denken van de mystica Thérèse van Lisieux (1873-1897). Twintig jaar geleden maakte Mariska per toeval kennis met de spirituele autobiografie van deze heilige vrouw. Ze las dit boek en was meteen diep geraakt. Daarna maakte ze er jarenlang grondige studie van.

Thérèse trad al op jonge leeftijd in in het klooster van de ongeschoeide karmelietessen. Daarmee ging een diep gekoesterde wens in vervulling. Helaas kreeg ze TBC en belandde in een geloofscrisis. De hemel leek ver weg en alles werd donker.
De priorin van het klooster gaf Thérèse opdracht om een autobiografie te schrijven. Na aanvankelijke aarzeling gaf ze daaraan gehoor. Ze schreef de geschiedenis van haar ziel.
In dit levensverhaal vertelt ze wat God in Zijn liefde aan haar had gedaan. Het boek zou na haar dood enorm populair worden. De Kerk verklaarde haar in 1923 zalig en in 1925 heilig. In 1997 is Thérèse uitgeroepen tot kerklerares.

 

Moderne Devotie

Thérèse citeert in haar levensboek regelmatig uit de Navolging van Christus van Thomas a Kempis. Ze kende dit werk bijna uit haar hoofd. Eén van haar favoriete teksten was NvC IV.44.3: ‘Beter is het de ogen af te wenden van dingen die niet bevallen en iedereen zijn eigen gevoelen te laten dan je te lenen voor een twistzieke conversatie.’ De Navolging hielp Thérèse om midden in haar turbulente omstandigheden te blijven vertrouwen op de intieme Liefde van Christus voor iedereen.
Leven vanuit de Liefde, dat werd haar parool. Daarover schreef ze een prachtig lied Vivre d’ Amour. En met dat lied eindigde Mariska van Beusichem haar inspirerende lezing.

 

Het lied is de beluisteren

Een heel mooi filmpje over Thérèse

 

En hieronder volgt de vertaling van het lied in het Nederlands.:

Leven van liefde

Melodie van het lied: ‘Il est à moi’

Op de avond van de liefde, sprekend zonder gelijkenissen,
zei Jezus: ‘Als iemand mij wil liefhebben,
heel zijn leven, laat hij dan mijn woord bewaren,
mijn Vader en ik zullen hem liefhebben, en bij hem komen,
en van zijn hart onze woning maken,
Wij zullen bij hem komen en hem altijd beminnen.
Wij willen dat hij, vervuld van vrede, woont
in onze Liefde!…’ (Joh. 14: 23, 27- 15: 9)

Leven van Liefde, dat is jou bewaren,
ongeschapen Woord! Woord van mijn God!
Ah! Jij weet het, Goddelijke Jezus, ik bemin je!
De Geest van liefde doet mij ontvlammen met zijn vuur.
Door jou te beminnen trek ik de Vader aan.
Mijn zwakke hart bewaart hem onophoudelijk;
O Drie-eenheid! U bent de gevangene
van mijn liefde!…

Leven van Liefde, is leven van jouw leven,
Koning van glorie, vreugde van de uitverkorenen!
Jij leeft voor mij, verborgen in een hostie…
Ik wil mij voor jou verbergen, o Jezus!
Geliefden hebben afzondering nodig,
een hart-tot-hart dat dag en nacht duurt;
Jouw blik alleen maakt mijn gelukzaligheid uit.
Ik leef van Liefde!…

Leven van Liefde, is op deze aarde niet
je tent opslaan op de top van de Thabor;
Het is met Jezus de Calvarieberg beklimmen.
Het is het kruis beschouwen als een schat!
In de hemel zal ik leven van vreugde.
Dan zal de beproeving voor altijd geweken zijn.
Maar als balling hier beneden wil ik in het lijden
leven van Liefde!…

Leven van Liefde, dat is geven zonder maat,
zonder loon te vragen hier beneden;
Ah! Zonder te rekenen geef ik, ervan zeker
dat men niet rekent als men lief heeft.
O goddelijk Hart, overlopend van tederheid,
ik heb alles gegeven! Ik loop licht…
ik heb niet meer dan mijn enige rijkdom:
Leven van Liefde!…

Leven van Liefde is elke vrees uitbannen,
elke herinnering aan eens begane fouten.
Van mijn zonden zie ik geen enkel spoor meer,
in één ogenblik heeft de liefde alles verbrand…..
Goddelijke vlam, o allerzoetste oven!
In jouw haard neem ik mijn verblijf,
in jouw vuur zing ik onbevangen:
Ik leef van Liefde!…

Sterven van liefde, ziedaar mijn hoop.
Wanneer ik mijn boeien zal zien breken,
zal mijn God zelf mijn grote Beloning zijn:
Ik wil geen andere goederen bezitten.
Van zijn liefde wil ik in vlam staan.
Ik wil Hem zien, mij voor altijd met hem verenigen.
Zie daar mijn hemel, zie daar mijn bestemming:
LEVEN VAN LIEFDE!…..

25 februari 1895, Thérèse van Lisieux